EU laat toe dat Uber(Pop) verboden wordt

Uber is een internetbedrijf dat via een programma voor smartphones bemiddelt tussen reizigers en chauffeurs, waarvoor zij een commissie aanrekent. Voornamelijk de introductie van UberPop deed veel stof opwaaien. De reizigers contacteren via deze app een niet-professionele chauffeur, die hen tegen vergoeding vervoert met zijn eigen wagen. Eénieder in bezit van een rijbewijs (zonder taxivergunning of opleiding) kan zich aldus aanbieden als personenvervoerder. Deze controversiële dienst is in verschillende EU-lidstaten verboden, waaronder Frankrijk, Nederland, Duitsland en België. Nochtans biedt de taxidienst de facto op verscheidene plaatsennog haar diensten aan.

In 2017 oordeelde advocaat-generaal Szpunar in een advies dat de activiteiten van Uber niet kunnen worden aangemerkt als diensten van een informatiemaatschappij. Dat heeft tot gevolg dat de lidstaten de illegale uitoefening van diensten als UberPop kunnen verbieden en strafbaar stellen zonder het wetsontwerp vooraf mee te delen aan de Europese Commissie.

In een later arrest (20 december 2017) besliste het Europees Hof van Justitie dan ook dat Uber een transportmaatschappij is en geen softwarebedrijf, en dat het zich dus aan de wetgeving voor transportmaatschappijen moet houden.

Vorige week sprak het Hof zich uit over een Franse zaak. Op basis van een wet van 2014 werd de dienst UberPop immers verboden. Volgens Uber had de Franse wetgever de wet voorafgaand moeten aanmelden bij de Europese Commissie en kon zij dus Uber niet vervolgen op basis van de betreffende wetgeving. Het Hof had niettemin in december al beslist dat Uber een taxidienst is en geen dienst in de informatiemaatschappij, in navolging van het advies van de advocaat-generaal. In de uitspraak van 10 april volgde het Hof van Justitie de argumentatie van Uber eveneens niet: UberPop mag verboden worden zonder voorafgaande melding.

Lotte Mathijssen